- roeien
- {{roeien}}{{/term}}I 〈onovergankelijk werkwoord, overgankelijk werkwoord〉1 [d.m.v. riemen een vaartuig voortbewegen] ramer♦voorbeelden:1 met enkele riemen roeien • nager en pointemet dubbele riemen roeien • nager en couplenaar de overkant roeien • ramer vers la rive opposéeII 〈overgankelijk werkwoord〉1 [roeiend vervoeren] transporter en canot♦voorbeelden:1 roei hem naar dat punt • amène-le là-basIII 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [de roeisport beoefenen] faire de l'aviron2 [met de vlerken zwaaien] battre (des ailes)♦voorbeelden:1 het roeien • l'aviron 〈 〈m.〉〉
Deens-Russisch woordenboek. 2015.